Zeer gewaardeerd compagnon,
laat ik mijn brief maar meteen met een sjieke (of is sjiek pas chic wanneer je het chique schrijft?) aanhef beginnen. Je vraagt me immers een vraag met een vrij hoog kerel-met-de-wagen-naar-de-zaak gehalte. Past prima in het rijtje van vrimibo afzakken op de Frankborrel, oestertje in het weekend, laadpaaltje aangevraagd voor de nieuwe ride en maandag met goed gepoetste stappers naar de board. Is niet erg. Gewoon even omschakelen. Precies daarom geef ik graag een kort en eerlijk resumé van onze gezamenlijke carrière jaren. Normaliter passend bij een afscheid of pensioen. Ik insinueer niets.
Het is zaterdagnacht. Men vermaakt zich op dat moment in een café waarvan de naam mij de volgende ochtend in ieder geval zal ontgaan. Het is vast iets als Café de Spiegel, Café het Hoekie of Bar Bier. Wacht, we schrijven jaar 2014 in Maastricht. Namen als ‘t Pothuuske, int Karkol of Bistro Lanteern maken in dit geval dus meer kans. Jij staat daar als vedette nonchalant aan de bar. Ik zit gedistingeerd op een kruk. De overige bargenoten weten niet wat dat is, verkiezen een vedett en gedistilleerd. Samengebracht door een wederzijdse vriend bespreken we als overmoedige en gretige varren de filosofische thematieken van het leven: vrouwelijk schoon, liefde voor Delft, de hits van Nico Haak en…. de voorliefde voor de Nederlandse taal. Zaadje geplant.
Theater en Thuis
Kort daarna staan we voor het eerst samen op een cultureel festival een groots en meeslepend verhaal te vertellen aan een publiek met gezichtsuitdrukking geen-idee-waar-deze-gasten-vandaan-komen-maar-een-belangrijkere-vraag-is-hoe-we-ze-hier-wegkrijgen. We weten totaal niet wat we staan te doen en dat is top! Reeds in dit vroege stadium kiezen we liever voor ‘durven en doen’ dan voor ‘dromen en deinzen’. Later voegen we er ook ‘denken’ aan toe en dat werpt uiteindelijk toch haar vruchten af. Jarenlang schrijven we proza, poëzie en liedteksten voor het collectief Rapaille. Ook de eerste meer commerciële opdrachten komen druppelsgewijs binnen: webteksten voor een anti-kater drankje, gedichten voor een open dag en band bio’s voor een festival. Zomaar wat dingen die ik me herinner. De inktsporen van diverse Uitgesproken Gasten teksten blijven als getuigen achter op onze keukentafels.
Thuis in het Agnetapark
Kleine mannen worden groot, maar blijven gasten. In een korte tijd ontwikkelt Uitgesproken Gasten zich van tekstbureau tot communicatiestudio. Jouw ervaring met SEO, mijn ervaring met VIDEO. Jouw stappen met ontwerpen. Mijn stappen met concepten. Beiden nog een extra studie. En niet te vergeten: een steeds groeiende klantenkring en creatieve schil. Niet gek dus dat het eerste kantoortje in Delftstede al snel te klein wordt (en te luidruchtig: tussen een kindercrèche en drumschool is niet optimaal voor de focus). Als trotse Delvenaren trekken we onlangs samen met onze creatieve vrienden naar het Agnetapark. Vanuit de oude drukkerij van de Fabrieksbode van Jacques van Marken, runnen we nu dus dat goedlopende bedrijf. Ik vind het onwijs dat we bij zoveel mooie projecten, gemeenten, organisaties, merken en bedrijven betrokken zijn. Stiekem vind ik het eigenlijk nog toffer dat we met veel van onze projecten bijdragen aan een nog mooier Delft. Nico Haak zou trots wezen.
Les geleerd
De wijze les die ik heb geleerd buiten het feit dat een avond Maastricht niet alleen wat oplevert voor mannen als André Rieu? Dat twee Dellufse gosers, totaal verschillend van aard en aanpak, samen iets grandioos neer kunnen zetten op een solide basis van voorliefde voor het vertellen van verhalen. We vullen elkaar aan. Je zegt vaak: “Tim, ik leg de draad en jij verft hem rood”. Prachtige beeldspraak. Maar ik weet ook dat ik de draad soms (onnodig) doormidden knip, blauw verf of kwijtraak. Juist dan bewijst de waarde van wederkerigheid, vriendschap en complementatie zich. Keer op keer.
Zeker lastig lopen nu met al die veren in de sterkste spier van je lichaam? Ik weet dat dat lastig voor je is, als nuchter man. Over nuchterheid gesproken: hoe denk jij eigenlijk over al die complotdenkers?
Gegroet,
Tim